Heel veel natuur op de grens van drie provincies

We fietsten door drie provincies met Pasen: Friesland, Drenthe en Overijssel. Een prachtig rondje door vele natuurgebieden. Een route die een beetje wereldfietser in één dag fietst, maar wij deden er vier dagen over. 

Nu we op een mountainbike fietsen hebben we een nieuw adagium: het gaat niet om kilometers maar om tijd. Of je in vier uur nu veertig kilometer aflegt of tachtig, je bent lekker vier uur onderweg met de fiets. Wij denken zelfs dat we meer van het landschap genieten nu we minder kilometers afleggen. En wat een prachtig landschap het was, waar we doorheen reden. We dachten alles al fietsend gezien te hebben van Nederland maar dit hoekje hadden we weten te missen. Dat heeft ook te maken met de nieuwe fiets. Hiermee ‘we boldly go, where no velomobile has gone before’.

Smalle paden
We ontdekken een hele andere kant van Nederland nu we niet meer aan asfalt vastzitten. Onze afgelegde route is alleen geschikt voor tweewielers vanwege de smalle paden, zelfs daarmee was het hier soms moeilijk elkaar te passeren. Vaak waren de paden halfverhard en soms ook onverhard. Het asfalt was soms erg hobbelig. In het pad langs de Kalenbergergracht zitten vele bruggetjes waar een velomobiel op zou kunnen vastlopen.

Onverhard pad, oost van Noordwolde

Ongelooflijk mooie tocht
We zagen tijdens onze tocht meerdere bordjes met ‘natuurreservaat’ en ‘nationaal park’. We doorkruisten zeer afwisselende landschappen: loof- en naaldbos, vergrasde heidevelden, zandverstuivingen, meertjes, vennen, veengebieden, moerasgebied, beekvalleien. Het was echt een ongelooflijk mooie tocht en ik kan de route iedereen aanraden. Het is het zelfs waard om misschien die oude open ligger of zadelfiets in de schuur af te stoffen, mocht je normaal met een bredere fiets rijden. Want het mooie is: waar geen asfalt is, zijn ook geen hordes e-bikers die je pad versperren bij elk fietsknooppunt. Zelfs niet als het Pasen is, zonnig en 23 graden.

De afgelegde route, vier etappes, in totaal 114 kilometer

De schoonheid van de route verbaasde mij zelfs, terwijl ik hem zelf maakte met behulp van Garmin’s Basecamp op de computer. Ik koos drie natuurcampings uit en stippelde de route tussen die punten uit. Hierbij probeer ik zoveel mogelijk de grote wegen te vermijden, volgde LF-routes als dat kon en plande de route zoveel mogelijk door bos, over heide en langs water. Ik had me echter wat vergist in de schaal van de kaart. De afstanden naar de campings was drie keer slechts rond de twintig kilometer en één keer veertig. Maar dat mocht de pret niet drukken.

Watergemaal A.F. Stroink, Ettenlandsche Kolk

Meren
We parkeerden de auto in Havelte en begonnen de dag met een lunch in dit plaatsje. Na Veendijk, Nijeveen, Dinxterveen en Wanneperveen bevonden we ons in Nationaal Park de Weerribben-Wieden. De dijk die de meren Beulakerwijde en Belterwijde scheidt is mooi fietsen, ook al ligt er een N-weg overheen.

Beulakerwijde

Die avond kampeerden we op natuurkampeerterrein Landgoed de Oldenhof. Naast een havezate met slotgracht sta je hier op een mooi veld omringd door hoge bomen. Er zijn geiten, een varken en kippen op het terrein. De beheerders Aafke en Taco zijn heel gastvrij. We dronken een biertje op hun terras. Taco was in 2015 in Nepal voor een beklimming van Mount Everest toen de zware aardbeving plaatsvond. Hij zet zich nog altijd in voor dit land. Voor wie eventueel de sluitingstijd van de supermarkt gemist heeft, zijn er op deze camping wat eenvoudige zaken te koop waar een avondmaal mee gemaakt kan worden. Het enige wat jammer is, is dat je de N331 wel hoort vanaf het kampeerterrein. De vele vogels overstemmen dat overdag.

Havezate Landgoed de Oldenhof

De volgende dag fietsten we nog altijd door de Weerribben, veelal via de LF3/LF22. In het historische stadje Blokzijl genoten we een lunch. Tip: check of er een tweede terras is, dat niet aan de weg ligt. Vlak na het dorpje Nederland kwam een groepje van vier fietsers ons tegemoet. Eén gekromde gestalte over een racestuur kwam ons bekend voor: wereldfietser Frank van Rijn fietst ook in Nederland. Even later fietsten we langs de Kalenbergergracht. De meeste woningen hier zijn alleen met een bootje bereikbaar. Je kruist op dit pad vele houten bruggetjes.

We kampeerden de tweede nacht op natuurkampeerterrein De Landerij in Scherpenzeel, een zogeheten lintdorp. De camping ligt achter een voormalige herberg aan de doorgaande weg, wat ook zo ongeveer de enige weg is in Scherpenzeel. ’s Avonds liepen we nog even langs deze rustige weg richting de kerk. Maar dit zijn niet de contreien waar je een kroeg vindt naast de kerk. We vonden de weg en de bebouwing deprimerend. De echte schoonheid van Scherpenzeel bleek achter de camping te liggen: een smal schelpenpaadje over dijkjes langs het water van het veengebied. Hier liggen ook kano’s die je gratis mag lenen als je hier kampeert.

Paadje achter het natuurkampeerterrein in Scherpenzeel

Kano’s achter het natuurkampeerterrein

De kleinschalige camping was een juweeltje: met een pluktuin met kruiden en aardappels, een kas, een schuilhut voor kampeerders met bric-à-brac waar je voor een euro een kopje thee of Senseo mocht nemen en potten zelfgemaakte honing te koop stonden. Op het terrein staan twee bijenkorven, een voormalig gondelbootje fungeert als zandbak, er zijn geiten, schapen en kippen. Wat minder waren de vele kikkers in de sloot, gelukkig had ik oordopjes mee. Afrekenen gaat nog ouderwets contant met een envelop.

Paasvuur
’s Nachts stond de mist over het landschap tot de knieën, goed zichtbaar in de nog bijna volle maan. De wind was ’s nachts gaan liggen en dat was onfortuinlijk: we lagen in een zware rooklucht van een Paasvuur, waar zo te ruiken, ook geverfd hout op lag.

Vanuit de tent uitzicht op de schuilhut voor kampeerders

De volgende dag volgde een prachtige tocht door de veenpolder Rottige Meente en door de Lendevallei. Moerasgebied en een beekdallandschap. Na Noordwolde veranderde het terrein. We reden door het bos van Nationaal Park Drenths-Friese Wold en over het Doldersumseveld, een heideveld overwoekerd door gras, een soort steppe.

Volgeboekt
Natuurkampeerterrein Oude Willem wordt door de beheerder goed in de gaten gehouden. Het kampeerterrein van Staatsbosbeheer was met Pasen volgeboekt. Wij wilden niet het risico nemen dat het trekkersveld vol zat met automobilisten, wat we eerder bij andere terreinen hebben meegemaakt. Daarom hadden we een plekje gereserveerd. Dat is 2 euro duurder, maar geeft een hoop rust. Maar dat had hier niet gehoeven en op het trekkersveld sta je eigenlijk mooier dan op de plekken zonder stroom. Met veel plezier stelde ik vast dat er elf tentkampeerders waren, bijzettentjes niet meegerekend. Het terrein ligt aan een rustige weg. Het is een goede uitvalsbasis voor meerdere dagtochten. Wie bijvoorbeeld de LF9 blijft volgen richting het noorden komt door het hoogveengebied Fochteloërveen. Die kant gingen we helaas niet op. Op de laatste dag fietsten we weer terug naar Havelte, deels via de LF9. Ook hier reden we weer over heide, door naald- en loofbos en passeerden we zandverstuivingen en een meer in het bos.

Quilt
Het was een schitterend zonnig weekend, overdag 21-23ºC en ’s nachts tussen de 5-9ºC. We sliepen weer in de Zpacks Triplex-tent. We testten verschillende gevriesdroogde ontbijtjes en een nieuwe quilt van Therm-a-Rest, de Vesper 32ºF/0ºC, in combinatie met drie verschillende slaapmatten (en ja, dat zeulden we allemaal extra mee op de fiets). Maar daarover weer een andere keer.

4 Reacties op “Heel veel natuur op de grens van drie provincies

  1. Hoi Belle, leuk om te lezen. Momenteel fiets ik 2x in de week de driehoek Hasselt Vollenhove Heerenveen ( in allerlei varianten), dus ik beschouw dit gebied een beetje als mijn achtertuin. Het pad door Kalenberg lukt inderdaad niet, maar voor een velomobiel blijven er nog heel wat schilderachtige weggetjes over.

    • Dan heb je een hele mooie achtertuin! Wat is het daar prachtig, ik vind het er mooier dan de Veluwe, vanwege de aanwezigheid van water.

  2. Een onbekend mooi gebied inderdaad. Eind vorig jaar ben ik verhuisd van Groningen naar Gorredijk. Ik fiets nu vaak in Zuid-Oost Friesland en de kop van Overijssel. Ontzettend gevarieerd door de overgang van hoge zandgronden (bos en heide) en lage veengebieden (weilanden, water, riet).

Aanvullingen, tips, vragen? Laat hier je reactie achter:

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s