Velomobiel

Een velomobiel is een ligfiets met een volledige stroomlijn met meestal drie* wielen. In de volksmond worden deze fietsen ook wel ‘banaanfiets’, ‘raket’ of ‘sigaar’ genoemd omdat ze vaak geel van kleur zijn en de vorm hebben van een torpedo.

Het voordeel van een velomobiel ten opzichte van een open (tweewielige) ligfiets zijn:

  • grotere snelheid door aerodynamische stroomlijn;
  • grotere dagafstanden/actieradius;
  • beschut tegen weersinvloeden;
  • afstappen niet nodig bij stilstand;
  • eenzijdige wielophanging;
  • kan uiterst langzaam klimmen zonder om te vallen;
  • mag op rijbaan;
  • geen losse bagagetas nodig;
  • geen modderige fietstassen
  • geen insecten tussen dijen en stoel;
  • van een velomobiel worden alleen de wielkasten en onderkant vies en dat valt niet zo op, dus minder poetsen.

De nadelen van een velomobiel ten opzichte van een open (tweewielige) ligfiets zijn:

  • warmer bij warm weer;
  • grotere draaicirkel;
  • breder, wat lastig is op smalle fietspaden;
  • zwaarder, dus minder snel optrekken;
  • kwetbare carrosserie;
  • trekt veel (ongewenste) aandacht (kan soms ook leuk zijn maar vaak niet omdat je steeds dezelfde vragen krijgt).

Bagage
De bagage kan links en rechts van het achterwiel in de ‘staart’ opgeborgen worden als ook onder en links en rechts van de stoel. Optioneel zijn er vakken te krijgen voor de voorste wielkasten voor spullen die je niet dagelijks bij de hand hoeft te hebben (denk aan reparatie- en reserveonderdelen). Wanneer je met twee velomobielen van het merk Velomobiel.nl, type Quest onderweg bent, past een trekkers kampeeruitrusting inclusief stoeltjes (Alite Mayflair) en driepersoons tent.

quest_drawing

Hoe een velomobiel er van binnen uitziet

In de eerste 1000 kilometer** met de velomobiel heb ik vooral geleerd:

  • Pas op voor honden, een aanrijding met een hond kan aanzienlijke schade veroorzaken en ze reageren op een velomobiel als op een konijn, ze gaan er op jagen. Een eigenaar met een grote mond kan je er op wijzen dat zijn hond niet los mag lopen als deze niet onder appèl staat. Let bij het passeren er op of de eigenaar oplet en of de hond aangelijnd is. Jaagt een hond op je terwijl hij happende bewegingen maakt richting je oor, stuur dan met je flank richting de hond om hem af te schrikken maar voorkom een frontale aanrijding. Dat kan namelijk een flinke schade veroorzaken. Je kan honden ook verjagen met de Dazer II of een andere hondenverschrikker met ultrasoon geluid. Praten tegen de hond kan ook werken, als je een hondenfluisteraar bent zoals Dave.
  • Heb een Europees schadeformulier bij je en zorg dat de tegenpartij die ook invult en ondertekent in geval van schade.
  • Zorg voor een rechtsbijstand- en fietsverzekering. Dat laatste kan o.a. via de NTFU.
  • Rij stapvoets wanneer je een paard tegenkomt. Paarden slaan op hol en zien je velomobiel aan voor een levensgevaarlijke dynosaurus. Negeer het eventuele commentaar van de berijder. Paarden mogen niet op het fietspad maar horen op de weg of in de berm. Als de berijder schrikt, schrikt het paard ook. Benader je een paard van achter, waarschuw dan de berijder dat er een ligfiets achter ze zit (door dit te roepen).
  • Trek je niks aan van andere fietsers. Je wijkt af en dus heb je het per definitie gedaan. Je bent te snel, te laag, onzichtbaar, gevaarlijk. Er moet een vlaggetje op. Dit zegt alleen iets over hoe kleindenkend de persoon is die commentaar levert. Tevens is dit een typisch Nederlands fenomeen. In Duitsland krijg je geïnteresseerde belangstellende vragen.
  • Blijf een heer/dame in het verkeer.
  • Je hoeft je echter niet verplicht te voelen een ambassadeur te zijn voor velomobielen/human powered vehicles. Zeg dat je moe bent van je fietstocht en nu even je tent wilt gaan opzetten.
  • Mensen zijn brutaal en hebben niet door hoe duur je fiets is en hoe kwetsbaar deze is. Wees niet verbaast als onbekenden je dekje van de velomobiel kapot staan te trekken omdat ze “er alleen maar even in willen kijken”. Wees er alert op dat mensen met de vingers willen kijken en gaan leunen, knijpen en duwen op plekken waar de carrosserie kan indeuken en zo barsten veroorzaakt in de gelcoat.
  • De velomobiel wordt meer met rust gelaten wanneer deze geparkeerd wordt onder een dekzeiltje.
  • Raak niet met je rechter voorband in de berm, die is vaak een stuk lager, waardoor je om kan slaan.
  • Je rechter voorband gaat het vaakste lek door rommel aan de kant van de weg. Als je denkt: wat word ik toch moe, ik kom niet meer vooruit, check dan even je bandenspanning.
  • Een bocht neem je door eerst naar de buitenbocht te sturen en daarna pas naar binnenn.
  • Neem bochten niet harder dan 30 kilometer per uur. Op twee wielen door de bocht is eng. Je kan omslaan. Omslaan geeft veel schade. Niet alle fietsverzekeringen vergoeden schade door krasssen.
  • Je draaicirkel wordt groter als je bredere voorbanden monteer, helemaal als je velomobiel gesloten wielkasten heeft.
  • Kom je op twee wielen, rem dan.
  • Wees alert op plotselinge stevige zijwind (na het voorbijrijden van een beschutting zoals een bosrand of door het nemen van een haakse bocht).
  • Een stormstrip (gemaakt van tochtband met D-profiel) helpt tegen zijwind. Deze plak je in de lengterichting van instapgat tot bodem of in elk geval tot de koplamp(en).
  • Je bent voor de wet een bakfiets, breder dan 75 centimeter en op meer dan twee wielen. Als het niet expliciet verboden is voor fietsers, mag je gebruik maken van de rijbaan. Dit zullen automobilisten je alleen niet altijd in dank afnemen. Politieagenten kennen de wet vaak niet (artikel 5 van het Reglement Verkeersregels en verkeerstekens 1990) maar hun wil staat wel boven de wet. Uiteraard mag je alleen op de rijbaan als daar geen bord C15 staat (verboden voor fietsers).
  • Pas op voor kop- staartbotsingen als je met zijn tweeën of in een groep rijdt. Hou voldoende afstand. Zorg dat je remlicht werkt maar reken er niet op dat elke fiets een remlicht heeft.
  • Een velomobiel heeft een fietsbel en een claxon. De fietsbel wordt vaak niet gehoord of er wordt niet afdoende op gereageerd. Bel drie keer, gebruik daarna de claxon en onderga het magische effect van een toeter. Je stem werkt ook: “Pardon, mag ik er even langs?”
  • Zorg dat je accu is opgeladen voor verlichting en claxon.
  • Werkt je claxon niet meer goed omdat je een keer een drempel hebt aangetikt, draai dan het schroefje wat losser.
  • Er bestaan indicatortjes waarmee je kan zien hoe vol je accu nog is.
  • Rij defensief. Wees alert op (appende) mensen die met andere zaken bezig zijn, die plotseling zonder te kijken het fietspad oversteken. Verminder vaart bij kinderen, kinderwagens, honden, paarden, bejaarden op e-bikes.
  • Wie zich te pletter schrikt van jouw passage lette sowieso al niet op zijn omgeving. Voel je niet schuldig.
  • Wees er op alert dat medeweggebruikers je recht aan kunnen kijken maar je toch niet ‘zien’. De hersenpan is nog aan het verwerken wat op het netvlies binnenkomt en dat duurt bij sommige mensen zo lang dat ze niet op tijd adequaat op je reageren.
  • Een racekap verminderd het zicht op het verkeer aanzienlijk, met name in de regen of condens door mist. Het verminderd ook het gehoor.
  • Drinken uit een Camelbak kan ook als je met schuimkap of racekap rijdt.
  • De Camelbak kan opgehangen worden aan de steun van de stoel.
  • Drankjes in een thermobidon (Laken Thermo Classic met Jannu drinkdop) blijven bij vorst op een prettige temperatuur.
  • De wieldekjes op de voorwielen kunnen blijven zitten als je de fiets schuin op zijn kant zet om de banden op te pompen via de binnenkant van het voorwiel.
  • Als er een gat is gekomen in je wieldekje bij je achterwiel ben je iets te enthousiast aan het stouwen geweest met je bagage.
  • Spuit eerst je wielkasten uit voordat je een nieuwe buitenband omlegt. Anders krijg je allemaal zand in je band. Doe dit niet bij het achterwiel, tenzij je zand in je cassette en derailleur een goed idee vindt. Gebruik hier een spatel of iets dergelijks.
  • Zet het deksel van het schuimdeksel onder de romp tegen krassen of laat de fiets op een voet balanceren.
  • Leg de schuimkap niet even los weg in het vooronder. Er komt dan kettingsmeer op. Dat geeft weer ‘onverklaarbare’ vlekken op de kuiprand.
  • Maakt de fiets een nieuw, vreemd geluid? Ga op onderzoek uit! Rare geluiden kondigen onheil aan. Bijvoorbeeld een gebroken trapasbeugel bij je crankstel of een haarscheur in je frame.
  • Groet racefietsers vriendelijk. Zij zijn net als jou sportief bezig en bezitten vaak dezelfde discipline. Het zijn de mensen op e-bikes waar je het meest op moet opletten. Als ze ook nog fietstassen hebben is het extra oppassen geblazen.
  • Het aan boord hebben van een kampeeruitrusting is geen enkel excuus om je te laten inhalen door een racefietser.
  • Een velomobilist kan zijn route plannen via de Brouter routeplanner. Kies voor profiel ‘vm-forum-velomobil-schnell’: deze route houdt rekening met je voorkeur voor asfalt en je afkeer van zigzag hekjes.
  • De wielkasten reinigen doe je met een plamuurmes met ronde hoeken. Er kan zich wel vier kilo zand ophopen in de wielkasten. Sowieso handig om gedaan te hebben voordat je een buitenband gaat wisselen, anders krijg je zand in je band, tussen binnen- en buitenband. Velomobiel.nl heeft zelfs een handleiding ‘Velomobiel schoonmaken’ gepubliceerd over hoe je de wielkasten kunt reinigen. Het achterwiel moet je zeker niet uitspuiten met water, dan krijg je modder en dus zand in je cassette en derailleur én in de binnenkant van je fiets.
  • In de winter is het verstandig om een winterband te monteren. Via de routeplanner van de Fietsersbond kan je routes plannen over gestrooide wegen. Pas op dat je achterwiel niet de neiging krijgt je voorwielen in te willen halen. Pas dan je tempo aan.

De eerste 1000 kilometer op de teller van de Quest XS

Communicatie onderweg
Met een portofoon (met headset) kan je contact onderhouden als je met zijn tweeën of meer rijdt. Er zijn waterdichte sets te krijgen die activeren door te praten. Wij gebruiken handsignalen of de toeter voor het merendeel van de communicatie. De voorrijder steekt een hand op als deze wil stoppen, de achterrijder toetert eenmaal kort als hij wil stoppen. Door het duiken (het praat lastig onder water met zo’n tweede trap in je mond) waren wij al gewend aan het elkaar signaleren met de handen. Zo wijzen we elkaar ook bijzonderheden aan onderweg. De geluidskwaliteit van de portofoon wordt beter als je ‘m in de kuip houdt terwijl je inspreekt.

Accu
Nieuwe Questen zijn uitgerust met een gifgroene langgerekte 12V NiMH-batterij (3400 mAH). Deze voedt de verlichting, de claxon en de USB-aansluiting. Hiermee kan je tevens je mobiele telefoon bij- of opladen. Dit valt minder op dan in het scheerstopcontact van het toilethuis op de camping.

Dit type accu kan minder goed tegen warmte/koude maar is minder gevoelig voor het geheugeneffect dan een NiCd-batterij.

Omdat de lader van de standaard accu erg groot en zwaar was (300 gram) heb ik een andere lader en accu voor de velomobiel aangeschaft. Dit is een kleine blauwe lithium-polymeer accu , ongeveer zo groot als vier pennlites, die geen last heeft van het geheugeneffect, in tegenstelling tot NiMH. Echter gaat bij deze accu op een gegeven moment het licht uit in plaats van dat het zwakker gaat branden. Er is een indicator met vijf ledjes bijgeleverd waarmee ik de spanning kan controleren. Tegen te ver op- of ontladen is hij beveiligd door de ingebouwde elektronica. De lader van de nieuwe accu weegt maar 90 gram. Geheel opladen duurt 2,5 uur. Het voordeel is dat je twee accupacks kunt meenemen.

De nieuwe accu levert 2200 mAh/2,2 Ah. Voltage (12) maal Amperage (2,2)  is Watt uur (26,4 Wh). Eén koplamp in combinatie met achterledje verbruikt 2,6 Watt, dus in theorie kan deze lamp 10 uur branden (tientallen procenten minder bij een koude of oudere accu). Een gedimde koplamp verbruikt ongeveer 1 W. Eén achterledje 0,2 W.

Gedimd Voluit
1 koplamp 1 W 2,4
2 koplampen 2 W 4,8
AchterLED 0,2 W 0,2 W
Velomobielen.nl leveren de Strada en Quest (XS). Deze velomobielen zijn zeer geschikt voor kampeertochten.

Velomobielen.nl leveren de Strada en Quest (XS). Deze velomobielen zijn het meest geschikt voor kampeertochten

Slot
Velomobilisten hoeven zich in principe niet zoveel zorgen te maken om diefstal maar joyriding is wel een reëel gevaar. Je kan een velomobiel op slot zetten met een hangslot door de rem. Hiervoor gebruik ik een Nemef Assa Abloy messing hangslot met cijfercombinatie. Dit slot heeft een laag (standaard) beschermingsniveau (1 van 8) en een anti-roestindicator (2/4) voor vochtige/natte omgeving. 4 Is voor Extreem, 1 voor droog.

Voor optimale prestaties regelmatig smeren met smeermiddel op basis van Teflon.

Je kan zelf je cijferslotcombinatie kiezen. Draai hiervoor de beugel open, druk hem in en kies je eigen combinatie.

Je kan een kettingslot door de optilbeugel doen, dan hoef je je wieldoekjes niet te verwijderen.

Velomobiel als vakantiefiets
De velomobiel is niet erg geschikt als vakantiefiets omdat de fiets niet gebouwd is voor bergachtig terrein, waar je buiten Nederland snel mee te maken krijgt. Toch zijn er vele mensen die er lange tochten van duizenden kilometers mee hebben gemaakt. Zelfs door de Pyreneeën naar Spanje en van west naar oost door de VS.

Wat de fiets niet echt geschikt maakt voor in de bergen is zijn gewicht en het remsysteem. Zwaar om mee omhoog te fietsen en uitgerust met trommelremmen, wat niet geschikt is voor afdalingen. Trommelremmen worden zo heet van het remmen dat de kunststof afdekdoppen van de naaf smelten. Voor een lange afdaling even verwijderen dus, net als de wieldoekjes voor. Een remparachute kan helpen. Verder kan je een velomobiel niet meenemen in trein, fietsbus of vliegtuig dus moet je ook weer zelf terugfietsen. De fiets kan wel mee op een veerboot.

Eigenlijk is een velomobiel een comfortabele racefiets. Om hem geschikter te maken als vakantiefiets moeten er in elk geval dikkere banden op gemonteerd worden dan de standaard van 28 en 35 mm breedte. Bijvoorbeeld voor 40-406 en achter 55-559. Dat maakt de fiets geschikter voor halfverharde wegen. Check of de achterband niet gaat aanlopen bij deze breedte, vooral niet als je ook bagage bij je hebt en het wiel dieper komt te liggen.

Een voordeel is dat je geen fietstassen nodig hebt: een lichtgewicht kampeeruitrusting past makkelijk in de velomobiel. Tijdens het kamperen kunnen de meeste spullen in de fiets blijven liggen, ze liggen daar droog en niet in de weg in de tent. Je moet wel opletten met inpakken dat je de wand van de wielkast niet indeukt, waardoor het achterwiel gaat aanlopen.

Reserveonderdelen/gereedschap
Welke reserveonderdelen zijn handig om bij je te hebben specifiek voor de velomobiel?

  • Er zijn voor de velomobiel speciale sleutels onder een hoek die je nodig hebt om het voorwiel te kunnen verwijderen.
  • Astrekker om het achterwiel uit te kunnen nemen.
  • De klem waarmee de trapas vastgezet is kan breken. Met een reserve of een grote slangklem is dit probleem op te lossen.
  • Het tandwiel onder je billen in de goot wil nog wel eens breken of de O-ringen daarvan verslijten. Goed in de gaten houden dus.
  • Spaken/nippels:
    • Achterwiel: lengte 263 mm dikte 2,0/1,8 (beide diktes in dezelfde spaak). Kan aan beide zijden gebruikt worden als je een holle velg hebt.
    • Voorwielen: Sapim strong, 157 mm lang, 2,3/2,0
  • Carrosseriering 35 mm, M10, voor als een veerpoot door de wielkast komt (noodreparatie).
  • Duct tape voor noodreparaties aan de carrosserie na aanrijdingen.
  • Trekveer om ketting door kettingbuizen te kunnen trekken na breuk.

*) Er zijn uitzonderingen. De Quattrovelo van Velomobiel.nl heeft vier wielen en de velomobielen die meedoen aan de wedstrijd in Battle Mountain en meer dan 140 kilometer per uur halen rijden op twee wielen.

**) 1000 Kilometer lijkt misschien heel wat voor een gewone fietser maar deze afstand legde ik af in 7 weken, waarvan ik ook nog een week op vakantie ben geweest zonder fiets. Inmiddels is de teller de 10.000 kilometer gepasseerd en heb ik met mijn velomobiel gefietst in alle seizoenen en in Denemarken, Duitsland, België en zelfs Drenthe***. Ik kan niet zeggen dat ik na de eerste 1000 kilometer er nog veel bij heb geleerd. Echter vinden sommigen dat je pas een ervaren velomobilist bent na 50.000 kilometer. Dat kan kloppen, niet iedereen pakt even snel nieuwe informatie op ;-P.

***) Drenthe profileert zich als ideale fietsprovincie. Trap niet in deze marketingtruc. Drenthe is de meest velomobielonvriendelijke provincie van Nederland met zijn klinkerwegen en fietspaden voor automobilisten. Fietspaden voor automobilisten zijn fietspaden die zijn aangelegd zodat automobilisten geen last meer hebben van fietsers.

Verwacht in Drenthe de volgende situaties:

  • Fietspad houdt op bovenop een bushalte. Je moet uitstappen om je velomobiel van het verhoogde perron af te krijgen. Drenthenaren gaan er kennelijk van uit dat je niet verder hoeft te fietsen dan de bushalte.
  • Fietspad gaat elke 200 tot 500 meter aan de andere kant van de weg verder. Om daar te komen moet je twee smalle haakse bochten nemen, afgezet met stoepband. Je moet dus meerdere keren steken.

Het goede nieuws: de meeste 80-kilometerwegen in Drenthe zijn niet verboden voor fietsers, alleen de fietspaden zijn ‘verplicht’. Maar dus niet voor velomobielen. Met deze aanpak is het leed in enige uren geleden. Het is de enige manier om er niet een week over te doen om Drenthe door te komen. Wij pleiten in routeplanners voor een optie ‘vermijd Drenthe’. Wel eens opgevallen hoeveel vervallen Drentse boerderijtjes er zijn? Zelfs de Babyboomgeneratie met hun e-bikes willen er niet wonen!

Pagina voor het laatst bijgewerkt: januari 2020