Parasieten en micro-organismen

Deze pagina gaat over het voorkomen dat je als reiziger bepaalde virussen, schimmels, bacteriën, cysten, wormen en protozoa oploopt. De pagina is ingedeeld naar besmettingsbronnen.

Zie meer bij Insecten.

Inhoud

Besmet Water

Giardia

Loop je op via het drinken van besmet water. Het water wordt besmet door uitwerpselen van dieren. Symptonen zijn explosieve diarree dat sterk ruikt naar zwavellucht. Zie verder bij Waterzuivering.

Knaagdieren

Hanta-virus

Het Hanta-virus is het derde meest dodelijke virus (na AIDS en hondsdolheid). Meer dan een derde van het aantal gerapporteerde gevallen liep dodelijk af.

Je loopt het op door het inademen van stukjes opgedroogd urine, uitwerpselen of speeksel van knaagdieren. Het wordt verspreid door muizen die zich graag ophouden in shelters, houtstapels, holen, hooi, struikgewas en tussen takjes/bladeren.

Symptomen: treden op na twee weken en lijken op griepverschijnselen: kortademig, koorts, pijn in het lichaam en hoofdpijn.

Voorkomen: niet in shelters slapen maar in je tent. Vermijd de kale grond. Zet je tent niet in de buurt van plekken waar muizen en ratten van houden. Hang kookgerei en voedsel uit het bereik van knaagdieren. Por niet in stof en uitwerpselen. Gooi voedsel waar aan is geknaagd weg.

Er bestaan verschillende hantavirussen. Vooral bij het ontstaan van longproblemen als gevolg van het hantavirus ontstaat er een levensgevaarlijke situatie. In 2012 was er een uitbraak in Yosemite National Park in Californië, Verenigde Staten. In heel de VS zijn er jaarlijks 700 gevallen en de belangrijkste verspreider is de hertmuis (Peromyscus maniculatus). Van deze soort is 12 procent drager van het hantavirus.

Ziekte van Weil

De Ziekte van Weil is een leptospirose; een infectieziekte die veroorzaakt wordt door Leptospira interrogans. De ziekte van Weil wordt ook wel de rattenziekte genoemd, omdat de belangrijkste verspreider de bruine rat is.

Ziektebeeld: de incubatieperiode is ongeveer 1 à 3 weken. Het ziektebeeld wisselt van een nauwelijks merkbare infectie zonder ziekteverschijnselen (subklinisch), tot een zeer ernstige aandoening, het syndroom van Weil. De wetenschappelijke naam van dit syndroom is Leptospirosis icterrohaemorrhagica, een oude benaming voor de ziekte is Typhus hepaticus. In Nederland komt het als beroepsziekte voor bij rioleringswerkers en muskusratbestrijders.

De ziekte kan gepaard gaan met hoge koorts, nefritis (nierontsteking), geelzucht door leverontsteking, bloedingen, spierpijn in de kuiten, rode ogen, vergroting van lever en milt, lever- en nierfunctiestoornissen. Volgens het Centrum voor Beroepsziekten is de sterfkans 5-10%.

De infectie ontstaat door contact met rattenurine in besmet water. De bacterie Leptospira interrogans kan dan binnentreden via de slijmvliezen of via open wonden.

De ziekte van Weil staat opgenomen in de B-lijst van de Wereldorganisatie voor diergezondheid (OIE), en is een aangifteplichtige ziekte.

Muggen

Malaria

Van muggen kan je in bepaalde gebieden malaria krijgen. De symptonen zijn een intermitterende koorts, > 38,5, die een dag of drie aanblijft, dan weer verdwijnt en dan weer terugkomt. Neem dan direct je dosis malariapillen in en zorg dat je zo snel mogelijk bij een kliniek komt. Malaria is de nummer 1 doodsoorzaak voor terugkerende reizigers.

Verspreiding malaria anno 2022

Zie voor informatie over de medicijnen die je hebt meegekregen de site Thuisarts. Sommige medicijnen moet je met een vette maaltijd combineren.

Zoogdieren

Vossenlintworm

De vossenlintworm (Echinococcus multilocularis) is een voor mensen gevaarlijke parasiet. Mensen zijn ook ‘gastheer’ en krijgen door deze worminfectie gevaarlijke blazen in de lever of hersenen. Kinderen kunnen besmet raken onder andere door aan hun vingers te likken of huisdieren in hun bed te laten slapen. Het is niet alleen belangrijk huisdier te ontwormen, maar ook jezelf en de rest van het gezin. In 2015 komt deze worm in Nederland voornamelijk voor in Oost-Groningen en het zuiden van Limburg. In Europa komt de vossenlintworm voor in Zwitserland, Oostenrijk, België, Nederland, Luxemburg, Duitsland, Oost-Frankrijk en Oost-Europa. Voorkom besmetting door geen bessen te eten die laag hangen en de handen goed te wassen als die in contact zijn gekomen met aarde.

dsresource

Verspreiding van E. multilocularis bij vossen in Europa tot 2004 (bron: Echinoreg)

Hondsdolheid

Hondsdolheid (rabiës) wordt verspreid door dieren die zich verweren door te bijten, zoals honden, katten, vleermuizen, groundhogs (woodchucks) en wasbeertjes. Bij vermoeden van hondsdolheid moet je de wond 15 minuten spoelen en daarna ontsmetten: met 70% alcohol en direct contact opnemen met een arts. Hondsdolheid kan zonder snelle behandeling dodelijk zijn. Ga zo snel mogelijk naar een arts, in elk geval binnen 24 uur.

Tot 8 uur na de beet kan een arts de wond dichten, daarna zal hij/zij dat niet meer doen zodat de bacteriën bij een infectie de wond uit kunnen. Alle andere bijtwonden alleen 2 minuten spoelen met lauwwarm water en geen ontsmettingsmiddel gebruiken (geen jodium, alcohol Biotex, soda, etc.).

Na een beet moet je tetanus-injectie vernieuwd worden als je die langer dan 10 jaar geleden hebt gehad. Dit moet binnen 3 weken na de beet.

Risico hondsdolheid voor mensen (bron: WHO, 2018)

Voorkomen: benader geen dieren die vreemd gedrag vertonen of er ziek uitzien. Niet alleen in de natuur maar evengoed in de stad.

De verschijnselen van rabiës kunnen erg varieren en lang niet alle dieren vertonen het klassieke beeld van agressie en onrust. Symptomen die ook waargenomen kunnen worden zijn:

  • koorts;
  • algehele malaise;
  • spiertrillingen;
  • krampen;
  • overdreven reacties op fel licht en harde geluiden;
  • verlammingsverschijnselen;
  • kwijlen;
  • coma en dood.

Je kunt je laten vaccineren tegen rabiës. Het vaccin werkt de rest van je leven. Als je echter bent gebeten en besmet, moet je alsnog naar een arts voor behandeling. Dit hoeft nu echter niet binnen 24 uur maar binnen 48 uur. Ook is de behandeling veel korter dan bij iemand die niet gevaccineerd was voor de beet.

Teken

Teken verspreiden zich meer onder invloed van de klimaatverandering. Ziekten die eerst niet voorkwamen bij schapenteken (de teken die mensen het meest treffen) verspreiden zich nu onder deze teken. Sinds 2000 is er een enorme toename aan infecties door teken. Teken verspreiden niet alleen Lyme, andere tekenoverdraagbare ziekteverwekkers die gevonden worden in teken in Nederland zijn Anaplasma phagocytophilum, Borrelia miyamotoi, Neoehrlichia mikurensis, Babesia en Rickettsia soorten. Van deze tekenoverdraagbare ziekten is nog niet bekend of en hoe vaak deze bij mensen voorkomen in Nederland. We weten wel dat 30 procent van de teken één of meer van deze ziekteverwekkers bij zich draagt.

Verschillende formaten teken

Controleer elke dag je lichaam op teken als je in een groene omgeving verblijft. Kijk vooral op warme plekken, zoals oksels, liezen, bilnaad, knieholten en onder de randen van het ondergoed. Teken kunnen zich ook op het hoofd, achter de haargrens en achter de oren nestelen. Maar het beste is om te voorkomen dat je een tekenbeet oploopt door:

  • Draag lange broekspijpen en stop die in je sokken, draag dichte schoenen en lange mouwen in de natuur;
  • Gebruik een insectenspray met DEET;
  • Loop niet door struikgewas, hoog gras en heide;
  • Check dagelijks het lichaam op teken als je buiten bent geweest. Laat een partner je haarlijn achter je oren en bilnaad checken;
  • Vermijd contact met dieren die het virus kunnen overdragen;
  • Drink geen rauwe melk.

Een teek verwijder je met een puntig pincet, tekentang of tekenlasso. Draai eerst een hele slag, dan eruit trekken.

Diverse tekentangen

FSME (Früh Sommer Meningo Encephalitis, hersenontsteking)

Een teek kan naast de ziekte van Lyme overigens ook FSME veroorzaken. Engels: TBE (Thick-Borne Encephalitis). FSME (Früh Sommer Meningo Encephalitis) is een soort hersenvliesontsteking waarop je vrij veel kans loopt als je in midden-Europa gaat kamperen. Denk dan aan landen als Oostenrijk, Zuid-Duitsland en de Balkan-landen. FSME is hier een zeer serieuze aandoening en bijvoorbeeld in Oostenrijk haalt nagenoeg de gehele bevolking jaarlijks vrijwillig een inenting ertegen. De teken in dit gebied zijn namelijk hiermee besmet en dus is kant op besmetting bij een beet zeer groot.
 Ook wordt de besmetting direct overgedragen dus ben je niet veilig als je binnen 24 uur de teek verwijderd, zoals bij Lyme. Als je wilt kun je (als je denkt in de vrije natuur te gaan wandelen of bijvoorbeeld veel tussen lage struiken of hoog gras te komen) bij de GGD een inenting aanvragen. Dat is overigens erg raadzaam, want tot op heden is er nog geen remedie gevonden tegen FSME. Zie voor meer informatie over verspreiding de site van de Stichting Tekenbeetziekten of de Duitse site Zecken.de.

Lyme

De Ziekte van Lyme wordt veroorzaakt door een bacterie (Borrelia Burgdorferi) en word overgedragen door teken. Het risico op besmetting stijgt als de teek onondekt langer dan 24 uur op het lichaam aanwezig is. De ziekte kenmerkt zich door het ontstaan van een rode kring op de plaats van de beet, welke langzaam groeit. Tijdens het groeien van de kring wordt het binnenste deel van de rode kring weer bleek. Mocht een teek inderdaad het slachtoffer hebben besmet (en dus een dergelijk kring hebben achtergelaten), dan kan de bacterie in de bloedbaan van het slachtoffer nare gevolgen hebben. Het zenuwstelsel, de gewrichten en zelfs het hart kunnen worden aangetast door deze ziekte, met in een zeer uitzonderlijk geval de dood tot gevolg.

Gelukkig gebeurt dit echter zelden. Slechts een zeer klein deel van de teken draagt de bacterie en als zij ‘m al dragen, dan wordt deze slechts in een enkel geval doorgegeven aan het slachtoffer. Meestal gebeurt dat alleen nadat de teek voor langere tijd op het slachtoffer heeft gezeten en vervolgens op een verkeerde manier wordt verwijderd.

teken

Powassan-virus

Het Powassan-virus is een virus dat wordt overgedragen door teken en wordt sinds 2000 steeds vaker waargenomen. Het virus kan binnen enkele minuten na een beet al voor symptomen zorgen die in 10% van de gevallen leiden tot het overlijden van de geïnfecteerde. Ongeveer 50% van de overlevenden krijgt last van langdurige of permanente neurologische symptomen zoals terugkerende hoofdpijn, geheugenverlies of spieratrofie.

Er is geen vaccin en ook geen medicijn voor de ziekte. Wanneer iemand geïnfecteerd is, zijn alleen ondersteunende behandelingen mogelijk. Aangezien het Powassan-virus steeds vaker teken infecteert die ook mensen kunnen infecteren, kan het Powassan-virus in de toekomst een stuk vaker voorkomen en voor meer doden zorgen.

Powassan-virusinfecties bij mensen zijn anno 2016 waargenomen in het noord-oosten van de Verenigde Staten (Minnesota, Wisconsin en New England staten), Canada en Rusland. Tussen 1958 en 2010 zijn er zo’n 60 gevallen bekend in de Verenigde Staten van Amerika waarbij iemand besmet is geraakt met het Powassan-virus. In 2011 zijn er 12 gevallen van besmetting met het Powassan-virus bevestigd, waarvan de meeste gevallen in Noord-Amerika voorkwamen. In 2019 waren het er 39. Het virus is naast dat het in mensen is waargenomen, ook waargenomen in knaagdieren, wilde dieren en huisdieren.

Pagina voor het laatst bijgewerkt: mei 2023