Vandaag een iets langer rondje gemaakt dan het gebruikelijke trainingsrondje rondom Oostvaarders. De rit ging langs de kasteelruïne, Haven, Markermeer en Lepelaarsplassen, circa 43 kilometer door Almere.
Het is de zachtste decembermaand ooit gemeten, met temperaturen rond de 15 graden. Na een mislukt experiment met E.P.D.M. dakdekkersfolie (kleefde niet goed genoeg aan de tape) rij ik weer met open voetengaten. Gelukkig is afdichten nu nergens voor nodig. Wel is het somber grijs weer en op de dijk langs de randmeren en Markermeer staat een frisse wind van 5 Beaufort.
Het thema van deze fietstocht wordt verdwalen. Eerst vlak voor de Hollandse brug. Door wegwerkzaamheden aan de A6 zijn sommige paden daar al enige tijd afgesloten maar vandaag staat er een geel bord: linksaf voor Amsterdam en Almere. De hekken die de weg afsloten staan wijd open en ik besluit dan ook linksaf te gaan. Al gauw loopt de weg dood en sta ik aan het water, waar ooit ongeveer het beruchte Zilverstrand lag. Omkeren dus maar en me verbazen over het bord.
Verdwaald
Onder de A6 door kom je terecht in Duin, een wijk in aanleg. Hier kan je de dijk langs het water al enige tijd niet volgen vanwege de bouwwerkzaamheden. De alternatieve route door Duin wordt aangegeven met spaarzaam neergezette wegomleidingsbordjes met ‘8’ erop. De route door Duin loopt anders dan voorheen en ik verdwaal. Ik kom terecht in stadsdeel Poort, ook nog in aanleg. Dat betekent: bruggen die nog niet zijn aangesloten op infrastructuur, fietspaden die plotseling ophouden en bobbelige bouwwegen. Met moeite vind ik de weg naar de dijk terug, via een dreef voor auroverkeer want een fietsroute kan ik niet ontdekken.
Bij de gevangenis Almere Binnen in Almere Buiten verlaat ik de dijk. Een afslag eerder dan ik normaal doe, omdat ik nog even langs winkelcentrum DoeMere wil, om een pakje op te halen bij een Kiala-punt. Het is even zoeken, ik ben niet gewend om hier te fietsen. Ik weet wel welke richting ik op moet maar niet hoe de fietsroutes lopen. Meestal mijd ik dit soort drukke punten in de stad met mijn velomobiel.
Scootmobiel
Als ik probeer uit te stappen bij het ophaalpunt parkeert er een scootmobiel strak naast mijn fiets. Te dichtbij naar mijn gevoel. Een zigeunerachtige vrouw spreekt me in gebrekkig Nederlands aan: “Jongen! Jongen of meisje! Hoeveel kost dat?” Ze trekt aan mijn mouw en maakt me duidelijk dat ze ook een velomobiel wil in plaats van een scootmobiel. Ik sta in sportkleding en ben bezweet. ik wil gauw naar binnen en weer weg. Ik probeer haar duidelijk te maken dar de velomobiel niet elektrisch is en dus geen vervanging voor een scootmobiel. “Bezine?!?” Nee, fietsen, zeg ik, en ik maak een ronddraaiende beweging met mijn handen. “Elektrisch?!?” De inburgeringscursus is kennelijk nog niet volledig afgerond, het woord ‘fiets’ zit nog niet in haar vocabulaire. Hoe ze denkt ín de velomobiel te komen is me een raadsel. Gezien haar omvang denk ik dat ze niet eens door het mangat past.
Het pakket blijkt een doos te zijn maar past gewoon aan bakboordzijde naast het achterwiel. Op naar huis. In de Florabuurt blijkt de fietsbrug die ik wil nemen afgesloten en dwaal ik nogmaals even door mijn eigen stadsdeel.
Tja, fietsen is soms afzien ;-)
Toch nog goed aangekomen anders had ik dit verhaal niet kunnen lezen.
Niet afzien: avontuur en nog niet ontdekte wegen binnen de eigen stadsgrenzen!