Helemaal enthousiast zijn we van een weekendje fietsen in de regio Rotterdam. Een ideaal rondje om de winterbenen wakker te schudden want door de dijken in het gebied zijn er vele korte hellingen om weer eens met bagage op de fiets tegenop te klimmen. Verder is het een rondje vol verassingen en eens iets heel anders dan anders.
Een bikkel of iemand met een snelle fiets rijdt het wellicht in een dag want de drie etappes zijn slechts 38, 48 en 35 kilometer lang maar let op, de route is niet geschikt voor velomobielen of andere lange fietsen die niet in een lift passen. Een lift? Ja, een van de dingen waar de route doorheen gaat is de historische Maastunnel. De fiets- en voetgangerstunnel werd gebouwd tussen 1937 en 1942 en is de oudste afgezonken tunnel van Nederland. Ons deed het wat aan de Londense metro denken door de betegeling en de klassieke houten roltrappen. Een belevenis op zich. Verder zit er een steil bruggetje over de Rotte maar een velomobilist kan de route eventueel op deze twee punten ook aanpassen.
Maar waarom fiets je niet relaxt en doe je de route zoals ons in drie dagen? Dan mis je namelijk niet de twee natuurkampeerterreinen die in deze route zijn opgenomen. Je verwacht het niet in dit drukbevolkte gebied maar wij waanden ons op een afgelegen eiland op natuurkampeerterrein De Kleine Rug. Een wandeling over dit ‘eiland’ met zijn vreemde structuren door het aanpalende spaarbekken voor drinkwater deed ons denken aan het mysterieuze eiland van de serie Lost. Denk overigens niet dat het waypoint voor deze camping op de verkeerde plek staat. Je kunt er namelijk alleen met een bootje komen. Even bellen en dan komt de motorvlet. Wij werden overgezet door de ‘Heen en Weerwolf’, leuk voor liefhebbers van Pluk van de Petteflet. Het terrein is niet toegankelijk via de dijk om het spaarbekken.
Hou er hier rekening mee dat je fiets achterblijft op de wal. Die gaat veilig in een afgesloten container. Die is zo groot dat er ook velomobielen in passen. Voor bikepackers die niet alles in afneembare tassen hebben zitten geeft dit wat extra gedoe maar als je een extra tas of zak meeneemt waar je losse spulletjes in kunt overgooien is dit geen probleem. Vergeet niet je bandenplak uit de fiets te halen voor als je slaapmat onverwijld lek zou raken. Op het terrein is een vuurplaats en verder ben je van alle gemakken voorzien. Je kunt er zelfs tuinstoelen vinden in de lemen hut bij de vuurplaats.
Omdat we vaak problemen hebben gehad om twee fietsen tegelijkertijd in de trein mee te nemen (en je alleen nog een fietskaartje kunt kopen in de app die het op cruciale momenten laat afweten omdat je dan niet kunt inloggen) besloten we de route niet vanaf Rotterdam CS te doen maar de auto te parkeren bij Outdoor Valley* te Bergschenhoek. Hier is hier voldoende parkeerruimte en daarbij is het een leuke omgeving om even rond te kijken. Er is hier onder andere een MTB-park, hoge klimmuur en kanoverhuur. Kijk, dan is het fijn dat de route niet 80 kilometer is of langer. Tijd om rond te kijken, relaxt op te staan en ergens te lunchen.
Outdoor Valley is ook op zondag open dus je kan besluiten het rondje zowel met als tegen de klok in te rijden. Wij reden het met de klok mee zodat we op de tweede dag de oostenwind vol in de rug hadden. Maar met westenwind kan je de route dus beter andersom rijden, tenzij je extra wil trainen. Op de tweede dag volgden we grotendeels de LF Maasroute. Ongeveer op tweederde kom je door het mooie historische plaatsje Oud-Beijerland, gesticht in 1559. Hier zit veel horeca rond de haven, een ideale plek om koffie en een uitsmijter of tosti te scoren.
Het gebied van de route is zeer drukbevolkt. Op elke vierkante meter lijkt wel een –vaak vrijstaand oud– huisje gepropt. De route volgt de grote rivieren en daardoor kom je ook door indrukwekkende industriegebieden en soms rij je langs een drukke weg. Alleen op de tweede dag zie je wat meer weiland. We zagen opvallend veel fazanten hier.
Maar laat je hierdoor niet afschrikken, wij vonden het een prachtige en indrukwekkende route met heel veel afwisseling. De woonboten en verschillende woningen langs de Rotte, twee tunnels in de route, twee veerponten (die altijd varen), grote bruggen, zeecontainers die 7-hoog staan opgestapeld en goederentreinen bij Pernis, de Kralingse Plas en Bergsche Voorplas in Rotterdam en de vele historische windmolens, niet alleen in Kinderdijk, waar ze als paddenstoelen uit de grond lijken geschoten.
De tweede nacht sliepen we op natuurkampeerterrein De Kersengaard*. Dit ligt in een gebied met uitgestrekte weilanden en is een verzorgde camping. Op de avondwandeling zagen we een haas op een omgeploegde akker met voren. Toen wij er waren was het er heel stil, iedereen ging met zonsondergang op een oor. Er kwamen drie vliegtuigen langs maar neem vooral oordopjes mee voor de overenthousiaste haan die om drie uur ’s nachts een keel begon op te zetten. De buren klaagden ook nog over lawaai door roeken maar die heb ik niet meer gehoord.
Mocht je deze route rondom het eiland IJsselmonde onder Rotterdam zelf willen doen, dan kan je ‘m ook vanaf Rotterdam CS volgen. De route wordt hierdoor wat korter. Op de terugweg (met de klok mee gefietst) kom je langs het station en voor de heenweg is een aftakkinkje gemaakt van het station naar de heenweg. Tevens vind je een losse korte aftakroute naar de winkel voor vakantiefietsers Bike4Travel*, voor als je nog iets nodig hebt voor je fiets.
Wellicht vind je de afstanden niet lang maar omdat er zoveel afwisseling in de route zit geeft deze erg veel indrukken. Druk was het nergens, zelfs niet op onze route langs de grachten en havens in het mooie historische Dordrecht. Rotterdam is wel druk maar daar ben je zo doorheen. Zo pak je ook nog de Euromast, de SS Rotterdam, het beeld van Kabouter Buttplug en de oranje Nieuwe Delftse Poort mee.
*) Ten overvloede wellicht: dit blog wordt niet gesponsord.