Het zat er al jaren aan te komen maar nu ligt het laatste nummer van outdoormagazine Op Pad in de kiosk. Op Pad was een uitgave van de ANWB voor de actieve wandelaar, fietser en kampeerder. Vroeger waren er ook artikelen in te vinden over kanoën of ligfietsen.
Op Pad was een blad voor de serieuze buitensporter met onderwerpen als het drie-lagen-kledingsysteem, kampeertochten met fiets, kano of bergschoenen en artikelen over hoe je moet navigeren met een GPS of over hoogteziekte en met buitensportnieuwtjes en tests van uitrustingstukken. Er was zelfs een massaal bezochte jaarlijkse Op Pad-beurs die vanaf 1990 11 keer werd gehouden in het Congresgebouw te Den Haag en later nog in de RAI en Jaarbeurs Utrecht. Die beurs noemde ik altijd spottend de ‘Op Pad-fanclubdag’. Omdat iedereen, of ze nu met de tram of auto arriveerden, uitstapte in een soort van tenue, bestaande uit dagtoerrugzak, fleecetrui, bergschoenen en Gore-Tex regenjack. Een beetje overkill voor die paar meter naar de ingang. Destijds was het met bijna 250 exposanten en meer dan honderd lezingen, presentaties en workshops het grootste buitensportevenement van Nederland. Dave en ik reden daar vele jaren geleden voor het eerst op verschillende ligfietsen over een indoor testbaan en ontdekten dat twee voorwielen stabieler waren dan twee achterwielen. Toen is dat zaadje al geplant dat pas twee decennia later zou gaan kiemen.
Zo’n twintig jaar geleden schreef ik zelf een paar artikelen voor Op Pad als freelancer en ik heb een keer meegedaan aan een materiaaltest voor een artikel over trekkingbroeken. Die kreeg je dan een tijd mee en die moest zoveel mogelijk in de praktijk getest worden. Daarna moest je een soort rapportje invullen. Mijn artikelen gingen onder andere over het meenemen van branders in het vliegtuig (pdf) en reisverzekeringen (pdf). Ik had toen nog een soort van scoop dat een benzinebrander niet mee mocht in het vliegtuig. Reisverzekeringen bleken in de kleine lettertjes vooral niets te dekken wat met buitensport te maken had.
Journalistiek was nog leuk
In die tijd kreeg je nog hoge medewerkers van Shell, KLM en IATA te spreken. Toen was journalistiek nog leuk. Tegenwoordig word je met een afgewaterd verhaal afgescheept door een woordvoerder. Ik ben destijds ook een keer meegeweest naar een weekend voor alle redacteuren en freelancers. Gingen we met de rugzak op pad en ergens kamperen. Superleuk.
Verval
Ik zag de laatste paar jaren het verval intreden bij het blad. Eerst moest het grote publiek aangesproken worden en was het gedaan met de verhalen van echte wereldreizigers zoals Frank van Rijn, die vroeger ook voor het blad schreef. (Even off-topic: wist je al dat Frank van Rijn regelmatig aan het bloggen is geslagen? Hij maakt tegenwoordig met frisse tegenzin selfies en heeft een Huawei smartphone, die hij ‘De Chinees’ heeft gedoopt. Momenteel post hij bijna dagelijks op zijn site.) Uiteindelijk is het internet natuurlijk debet aan het verlies van abonnees. Met prachtige sites als Bikepacking (check die recensie over de slechts 38 gram wegende kettingtang van Wolf Tooth!), Outside, Andrew Skurka en bijvoorbeeld de Hiking-site en de vele blogs over dit onderwerp zoals bijvoorbeeld Sint Christophorus (hij blogt weer!) en Bladzijdeacht en Instagram-accounts zoals dat van voormalig Op Pad-redacteur Gijs Loning heb je geen tijdschrift meer nodig, dat maanden van tevoren wordt geproduceerd en dus per definitie achterloopt.
De doodsteek
Twee jaar geleden ging de frequentie van het voormalige maandblad terug van acht naar nog maar zes nummers per jaar. Ongeveer een jaar geleden ging Op Pad een samenwerkingsverband aan met reisorganisatie SNP. Dat was echt de doodsteek. De Op Pad-lezer is een (wannabe) avonturier. Die doktert zijn eigen reis uit. Nu werden de beschreven reisjes in het blad nog tammer en elk artikel eindigde steevast met een tekstje wat het kostte om deze reis te boeken bij SNP. Niet langer werden de serieuze buitensportspullen getest maar vooral ook de goedkope troep die je beter in de winkel of webshop kan laten liggen als je tenminste jouw buitensportavontuur wilt overleven – waar ik even voor het gemak van uitga. De beschrijvingen misten essentiële informatie zoals welke constructie een slaapzak heeft, voor welke temperaturen het ding geschikt is of zelfs wat het gewicht is. Het mocht allemaal niet meer te technisch en moeilijk zijn voor het grote publiek. Ik kan alleen maar gokken dat het grote publiek niet kwam en dat uiteindelijk de doelgroep voor wie het blad ooit bestemd was, afhaakte. En nu is eind 2017 de papieren uitgave gestopt wegens “een sterk dalende oplage aan het eind van het jaar”. De oplage was van 40 duizend teruggelopen naar minder dan 18 duizend.
Op de laatste pagina’s roept de Op Pad-redactie dapper dat de papieren uitgave weliswaar is gestopt maar dat ze online doorgaan met hun site en op Facebook en Instagram. Je kan je ook abonneren op de Op Pad-nieuwsbrief. Het Twitter-account wordt al een jaar niet meer bijgehouden. Ik zag dat het Instagram-account slechts 299 volgers had. Ik weet niet waar ze de redactieleden van willen gaan betalen maar dit zet natuurlijk geen zoden aan de dijk. De jeugd fietst of backpackt niet meer maar boekt een vliegvakantie naar Thailand. Helaas, het einde van een tijdperk dat 34 jaargangen duurde.
Wat ben je cynisch Belle!
Wat VIND je precies cynisch Ingmar? De ironie? Het feit dat ik een halve dag van mijn vrije tijd spendeer om te proberen een mooi verhaal te schrijven waarin ik de lezers van dit blog wil informeren over dat het blad Op Pad is gestopt? Met een stukje geschiedenis over hoe groot Op Pad ooit was en mijn persoonlijke ervaringen bij het blad. Hopelijk begrijp je dat het me aan het hart gaat. Of is het cynisch dat ik lezers wijs op mooie online alternatieven met links naar sites en blogs en hoe Op Pad probeert voort te bestaan online (helaas met een foutief afgedrukt Instagram-adres op hun laatste bladzijde – dat had ik er maar uitgehouden)? Zijn het de tips voor het mooie lichtgewicht kettingtangetje en de info dat Frank van Rijn zo’n leuk blog schrijft? Of het feit dat Op Pad de overstap naar online niet heeft kunnen maken (299 volgers op Instagram, Twitter-account gestopt, slechts 8 berichten per jaar op hun website en de info op hun Facebook-pagina is al meer dan twee jaar niet bijgewerkt). Dat laatste heet realisme, door te kijken naar de feiten en weten hoe het werkt in de media.
Misschien doelt Ingmar op de toon in je verhaal, zoals taaladvies.net het beschrijft: “Bij cynisme ligt de nadruk op de afwijzende houding van de persoon die het uit. Hij of zij kijkt kritisch aan tegen de goede bedoelingen en waarden van anderen, en uit dit met bittere of wrede spot. Vaak is dat overigens een vorm van zelfverdediging: men doet het uit machteloosheid of teleurstelling. Cynisme kan uitgedrukt worden door een uitspraak te doen die inhoudelijk volstrekt waar is, maar die op het bewuste moment niet gezegd hoort te worden, omdat het bijvoorbeeld ontluisterend is.” Je hoeft misschien het niet zo te bedoelen, maar de lezer kan het wel – al dan niet terecht – zo opvatten. Ik bespeur overigens geen spot in je verhaal, en vat het dan ook niet als cynisch op. Maar ik kan geen goede term vinden voor wat ik het wel vind. Anyway, ik vond het een lezenswaardig minuutje. Dank daarvoor.
Het gevaar bij tekst is dat de lezer er een hele andere toon in kan ‘horen’ dan hoe het is geschreven/bedoeld. Hoe het ervaren wordt zegt dan meer iets over de lezer. Ironie zit ’m voor mij in bijvoorbeeld humoristisch bedoelde opmerkingen als voor het gemak uitgaan dat iemand zijn buitensportavontuur wil overleven. Maar humor is ook een kwestie van smaak. En die kunnen verschillen.
Bedankt voor weer een bericht met veel informatie. Ik haal er altijd wel weer iets interessants uit
Men zegt dat het enige dat zeker is, is dat je dood gaat en belastingen moet betalen.
Maar zeker is dat alles continue veranderd. In het universum blijft ook niets hetzelfde. Alles beweegt, alles veranderd.
Als mens moet je meebewegen en je aanpassen aan de nieuwe situatie. Als je dat niet meer kunt of wilt ( vroeger was alles beter …) dan wordt je oud…
Maar ik ben met je eens dat ik ook veel bladen eerst commercieel heb zien worden, de papieren versie heb zien opdoeken en dan nagenoeg zijn verdwenen of nog net zijn blijven bestaan als een schim van wat ze waren.
Maar daarvoor in de plaats moeten er andere dingen komen als de vraag ernaar ( wat het vroeger was ) blijft bestaan……De vraag is of die vraag er nog is.
Vroeger was alles zeker niet beter maar ik word hopelijk wel oud. Om te beginnen was er geen Nespresso, internet en er waren geen HP Velotechnik trikes. Maar de journalistiek is wel op zijn retour helaas. Mijn beroep was vroeger leuker. Tegenwoordig zijn er in verhouding twee woordvoerders op één journalist. Dat doet de waarheidsvinding geweld aan. Medewerkers van organisaties vertelden je namelijk gewoon hoe het zat (de waarheid) en woordvoerders vertellen je liever een door hun organisatie gewenste versie van de waarheid.
Mooi verhaal. Jammer dat het blad verdwijnt. Ik zag het ook al een tijdje niet meer bij de kiosk liggen.
Is het niet zo, dat de Op Pad beurs is overgegaan in de de Fiets en Wandelbeurs?
Klopt, de Primera had het al niet meer in de schappen. De ‘Op Pad Beurs’ werd in 2005 de ‘Uit- & Actief Beurs’ De ‘Fiets en Wandelbeurs’ bestond toen ook al. De ‘Uit- & Actief Beurs’ werd een flop, het jaar erop zijn de ANWB-bladen op de ‘Fiets en Wandelbeurs’ gaan staan.